Arbeidsmigranten zijn belangrijk voor Nederland. Inmiddels werken er zo’n 1,2 miljoen arbeidsmigranten in Nederland. Voor meer dan de helft hiervan gaat het om laaggekwalificeerde arbeid. Arbeidsmigranten vangen personeelstekorten op en pakken werk op waar anderen vaak geen trek in hebben. Eind augustus is vanuit de politiek geroepen dat de toestroom van arbeidsmigranten moet afnemen. Ook zijn er geluiden dat arbeidsmigranten van buiten Europa zich gaan melden vanwege de vergrijzing in Midden- en Oost-Europa. De inzet en huisvesting van arbeidsmigranten leveren nogal eens wat juridische discussies op over huisvesting en werkomstandigheden. Hierna een korte blik op deze zaken.

Huisvesting arbeidsmigranten

Arbeidsmigranten huisvesten valt niet mee. Enerzijds omdat de woningmarkt al enorm gespannen is, anderzijds omdat er specifieke regels gelden. Gemeenten in de bloemen- en aspergestreek weten er alles van.

Op grond van het (ruimtelijk) bestuursrecht kunnen gemeenten ruimte bieden voor huisvesting van arbeidsmigranten in huurwoningen via woningcorporaties, via particuliere verhuur aan arbeidsmigranten of in leegstaande gebouwen (kantoor, bedrijfspand, klooster). Het bieden van ruimte moeten gemeenten wel goed in de regelgeving opnemen, zoals het omgevingsplan en beleidsregels. Huisvesting van arbeidsmigranten valt namelijk niet automatisch onder de bestemming ‘Wonen’. Huisvesting van arbeidsmigranten valt onder kamersgewijze verhuur/bewoning. Dit moet dan specifiek zijn toegestaan in de regels voor de bestemming ‘Wonen’. Gemeenten mogen wel een vergunning verlenen waarmee gebruik van een gebouw in strijd met het omgevingsplan wordt toegestaan. Dit is een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit. Deze wordt alleen verleend met het oog op een ‘evenwichtige toedeling van functies aan locaties’. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle betrokken belangen.

De belangen van omwonenden staan vaak tegenover de belangen van gemeenten en werkgevers. Gemeenten moeten beoordelen of er onevenredige gevolgen te verwachten zijn voor het woon- en leefklimaat. De sociale veiligheid en de te verwachten overlast zijn aspecten die gemeenten moeten betrekken bij de besluitvorming of er sprake is van ‘een evenwichtige toedeling van functies aan locaties’. Ook de mogelijkheid van alternatieve locaties moeten worden afgewogen. Voor gemeenten en bedrijven die te maken hebben met huisvesting van arbeidsmigranten is het veelal slim om een veiligheidsplan op te stellen. In dit plan is uitgewerkt op welke manier en onder welke voorwaarden het woon- en leefklimaat van omwonenden beschermd wordt. Vaak worden in het veiligheidsplan ook maatregelen beschreven wat te doen bij incidenten. Met een veiligheidsplan en participatie kunnen gemeenten zich in redelijkheid op het standpunt stellen dat de vrees voor overlast bij omwonenden voor zover mogelijk wordt weggenomen.

Op grond van het civiele recht gelden er ook regels voor huisvesting van arbeidsmigranten. De Wet goed verhuurderschap stelt algemene regels voor goed verhuurderschap. Het is bijvoorbeeld verplicht om het arbeidscontract en het huurcontract los van elkaar aan te bieden bij woningverhuur aan arbeidsmigranten.

Afhankelijkheid

Arbeidsmigranten komen vooral vanwege economische redenen naar Nederland: hoger salaris, betere arbeidsvoorwaarden en baankansen. Helaas kampen arbeidsmigranten niet altijd met goede werkomstandigheden. Op de site van de Rijksoverheid staat: “Nog te veel arbeidsmigranten in Nederland wonen en werken in slechte omstandigheden. Sommige werkgevers en uitzendbureaus misbruiken hun kwetsbare positie.”

Ze zijn volgens onderzoek vaker slachtoffer van een arbeidsongeval. De taalverschillen op de werkvloer maken samenwerking er niet makkelijker op. Soms zijn arbeidsmigranten ook afhankelijk van hun werkgever, bijvoorbeeld voor hun slaapplek. Door deze afhankelijkheid is het veelal lastiger om te klagen over onveiligheid op het werk. Soms zijn de arbeidsmigranten in hun land van herkomst eraan gewend dat regels niet strikt toegepast en nageleefd worden. Dan kan het zijn dat ze het in Nederland ook niet erg vinden als de werkgever het niet zo nauw neemt met arbeidstijden of veiligheid op de werkvloer. Dit kan arbeidsmigranten kwetsbaar maken. Zeker als ze maar voor twee of drie maanden in Nederland komen werken om snel en zoveel mogelijk geld willen verdienen. Ziekte kan voor arbeidsmigranten onzekerheid voor baanbehoud betekenen. Staat er in het contract geen uitzendbeding? Dan mag een werkgever het contract niet stoppen. Het uitzendbureau betaalt het loon in dat geval door tijdens ziekte.

Eind 2023 is het wetsvoorstel “Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten” (Wtta) ingediend bij de Tweede Kamer met als doel een toelatingsstelsel voor uitzendbureaus. Ook het wetsvoorstel “Invoering meldplicht arbeidsongevallen en vergewisplicht uitleners” geeft uitzendbureaus een grotere verantwoordelijkheid als het gaat om het melden van ernstige en dodelijke arbeidsongevallen aan de Arbeidsinspectie. Dit is van belang voor alle uitzendkrachten, maar zeker voor arbeidsmigranten, omdat dit een kwetsbare groep is en het aantal bedrijfsongevallen onder uitzendkrachten met een migratieachtergrond relatief hoog is. De verwachting is dat deze wetten uiterlijk op 1 januari 2026 in werking zullen treden.

Hulp

Wil je weten of huisvesting van arbeidsmigranten mogelijk is of is toegestaan? Of beland je in een geschil over werkomstandigheden, ziekte of ontslag? Onze juristen die zijn gespecialiseerd in dit soort juridische vraagstukken of geschillen helpen jou graag om deze voor jou op te lossen.